Vist BBAT

Maandblad voor de aquarium-, terrarium- en vijverliefhebber
Visit BBAT
(Ga terug met de knop "Vorige")
Publicatie
Jaargang 49/10:248
Onderwerp Griekse landschildpad
Men vraagt ons wat ...
Geachte A.W.-redactie,
Toen ik klein was kon je voor weinig geld een Griekse landschildpad kopen in de meeste dierenwinkels. Vanaf mijn 8 jaar had ik dan ook twee van die heerlijke reptielen in mijn tuin rondwandelen. Ze waren daar best tevreden, groeiden goed en overwinterden zonder problemen.
Ondertussen ben ik al heel wat jaren getrouwd en na diverse appartementen, wonen we nu in een eigen huis met tuin. In een opwelling van jeugdsentiment besloot ik dat er ook Griekse landschildpadden in thuishoorden. Alleen, toen ik er enkele wou kopen bleken ze onvindbaar in de dierenwinkels. Men vertelde mij dat ze ondertussen al enkele jaren onder de Conventie van Washington vallen. Sporadisch worden ze nog wel aangebo­den maar dat betreft dan nakweek uit België of een ander Europees land.
Kunt U mij hierover wat meer informatie geven?
Dank bij voorbaat.

J.V.S. - Lovendegem

Op 30 december 1983 verschenen de uitvoeringsbesluiten van C.I.T.E.S. (Convention on International Trade in Endangered Species) in het Belgisch Staatsblad.


Testudo hermanni, de Griekse landschildpad is en blijft een fantastisch dier voor in de tuin.
(Foto Arend Van den Nieuwenhuizen)

Dat betekende dat de wet vanaf 1 januari 1984 van kracht werd. Vanaf dan moest iedereen die een dier of delen van dieren (of planten), die op de bijgevoegde lijst vermeld werden, in bezit had, daarvan aangifte doen bij het Ministerie van Landbouw (Diergeneeskundige inspectie) die met de uitvoering van deze wet belast werd. Hiervoor had men tijd tot 1 april 1984. Vanaf die datum beschouwde men de aangegeven dieren of planten als legaal in privébezit. De lijst was oorspronkelijk ingedeeld in drie groepen. Lijst I die dieren omvat die zondermeer volledig uitgesloten worden van handelspraktijken. Ze mogen niet te koop aangeboden of vervoerd worden. Vrijstelling wordt slechts verstrekt voor wetenschappelijk onderzoek en is uiterst moeilijk te bekomen omdat zowel het uitvoerende als het invoerende land hun akkoord moeten geven. Lijst II omvat dieren waarvan de in en uitvoer gecontroleerd wordt. In de praktijk stellen de uitvoerende landen quota vast waarvan ze veronderstellen dat die de natuurlijke populaties niet schaden. Tenslotte is er lijst III waarop landen individueel de export van bepaalde dieren die op hun grondgebied voorkomen, al dan niet tijdelijk, aan een beperkende reglementering onderwerpen.
Naast deze lijsten achtte de Europese Gemeenschap dat er best nog wel wat dieren bijkonden en ze voerde nog 2 extra lijsten in: C1 en C2. In de eerste staan weer een aantal dieren die absoluut niet verhandeld mogen worden. In deze lijst staan ondermeer de Griekse landschildpad (Testudo hermanni) en de Europese kameleon (Chamaeleo chamaeleon). En in de C2 lijst staan weer andere dieren die aan controlemaatregelen onderworpen zijn.
De lijsten worden om de 2 jaar bijgewerkt zodat liefhebbers dat heel goed moeten volgen willen ze niet als milieumisdadiger gebrandmerkt worden.
In totaal stonden op de diverse lijsten zowat 170 zoogdieren, 110  vogels, 110 reptielen, 20 amfibieën, 20 vissen, 10 insecten, en 40 weekdieren "ingeschreven". Dat aantal is momenteel gevoelig gestegen. Er zijn verschillende koraalgeslachten bijgekomen en zelfs vogelspinnen en schorpioenen en de lijst is uitgebreid met de "Vogelrichtlijn" van de E.G. Bij het Ministerie van Landbouw wordt om de twee jaar een bijgewerkte lijst gepubliceerd die daar besteld kan worden. (Diergeneeskundige Inspektie, Manhattan Office Tower, Bolwerklaan 21, 1210 Brussel)
Het belangrijkste dat U hieruit moet onthouden is, dat het houden van deze dieren niet verboden is maar wel gereglementeerd. Die reglementering houdt ook het principe in dat nakweek van een dier dat op de lijsten voorkomt een categorie opschuift. Dat maakt dat dieren van lijst I zullen onderworpen worden aan de geldende procedures voor lijst II. Bij nakweek van lijst II-dieren is er geen enkele beperking al moet ten allen tijde een handelaar met facturen of anderszins de herkomst van die nakweek moet kunnen aantonen. Om op de door U, zo vurig gewenste Griekse landschildpadjes terug te komen, kan ik U melden dat er in België redelijk veel wordt nagekweekt. De Belgische Vereniging voor Terrariumkunde en Herpetologie “Terra” publiceert reeds sedert jaren de nakweekresultaten en voor Testudo hermanni zien die er als volgt uit :

            1982                2                      1987                0                     1992                259
            1983                10                    1988                82                    1993                325
            1984                15                    1998                187                  1994                286
            1985                2                      1990                216                  1995                283
            1986                24                    1991                256

Dat zijn niet de enige resultaten. Er zijn kwekers die hun aantallen liever niet opgeven en er zijn natuurlijk nog veel terrariumliefhebbers die niet bij Terra zijn aangesloten. Bovendien wordt er ook nog met andere soorten schildpadden gekweekt. De Moorse landschildpad (Testudo graeca) was in de periode van 1986 tot 1994 goed voor 219 nakweekdieren. Sommige kwekers doen persoonlijk hun nakweek van de hand maar als ze wat productief zijn is het toch handiger dat door de dierenspeciaalzaken te laten uitvoeren. De commercialisering van jonge schildpadjes gaat als volgt: een kweker komt overeen met een handelaar en vraagt op diens naam een CITES-document aan. Als hij dat ontvangt brengt hij de schildpadjes naar de handelaar want het CITES-certificaat verleent ook toelating om de dieren te vervoeren. De handelaar kan dan de dieren begin­nen verkopen. Principieel moet de koper echter wachten om zijn door hem gekozen schildpadjes mee naar huis te nemen tot de handelaar een CITES-certificaat op zijn naam heeft aange­vraagd en ontvangen. Omdat hij bij die aanvraag zijn eigen CITES-document moet meesturen wordt er in de praktijk gewacht tot alle dieren "verkocht" zijn en dan pas zullen de diverse aanvragen bij het Ministerie van Landbouw ingediend worden. Op elke aanvraag moet een takszegel van 100,- BEF gekleefd worden die met een stempel of handtekening "vernietigd" wordt. Een geadresseerde en voldoende gefrankeerde envelop voor het terugsturen moet eveneens de aanvraag vergezellen. De aflevering van de documenten gebeurt in de regel enkele weken later. 
Tenslotte nog iets over de dieren zelf. De eieren van Testudo hermanni kippen eind juni, begin juli. Dat wil zeggen dat vanaf augustus ongeveer die schildpadjes in de bonafide dierenspeciaalzaken te koop worden aangeboden. Ze zijn ongeveer 40 tot 50 mm groot en de vraag is steeds groter dan het aanbod. Haast U dus om uw exemplaren te reserveren. Warme zomers kunnen die beestjes in de tuin doorbrengen maar de eerste winters worden ze binnenshuis gehouden tot ze ongeveer 3 jaar oud zijn. De kleine nakweekdieren zijn nu eenmaal niet zo uitgeselecteerd als de halfwas dieren die vroeger geïmporteerd werden. U moet  m.a.w. ook een ruim terrarium voorzien wanneer U landschildpadjes wil grootbrengen. Geef een gevarieerde eiwitarme voeding met zo veel mogelijk natuurlijke produkten (Paardebloem, distels e.d.). Ze mag zowel dierlijk als plantaardig voedsel bevatten. Geef bovendien ook een kalkpreparaat en, in verhouding, voldoende Vitamine D3, om die kalk te fixeren. In de meeste dierenspeciaalzaken zijn uitstekende kalk/vitamine-preparaten ter beschikking. Zorg steeds voor drinken en ook voor schuilmogelijkheden. Een flinke pluk hooi in één van de hoeken van het terrarium wordt snel als thuisbasis herkend. Schildpadjes wandelen graag en het is ook fundamenteel voor de opbouw van skelet en spierstelsel. Wanneer de warme periode aanbreekt (hier te lande gewoonlijk in de tweede helft van mei) mogen de schildpadjes in de tuin. Hebt U een ommuurde tuin dan kunt U ze zo los laten. Is uw tuin met gaaswerk of hagen van de andere gescheiden dan adviseren we een langwerpige zanderige strook voor hen te reserveren en af te boorden met metaalgaas van 50 cm hoog dat minimaal 20 cm in de grond is ingegraven. Zelfs in harde grond kunnen schildpadden behoorlijk graven.
Ik hoop dat U hiermee voldoende informatie hebt om U enkele schildpadjes aan te schaffen. Laat ik om te besluiten U nog even waarschuwen voor de prijs. Die is nu minimaal vijftig maal van wat hij in uw jeugd was !