Men
vraagt ons wat ... |
|
Geachte Heer de Batist,
Ik heb een groot aquarium in beton. Jaren geleden laten maken door
een vriend die het toen voorstelde als de oplossing voor
cichlidenaquaria. Een waardevol alternatief voor dik glas. Ruim twee
jaar geleden is het echter plots beginnen lekken aan de voorruit (er
zit alleen een voorruit in). Toen ik die bewuste vriend hierover opbelde
vertelde hij me doodleuk dat hij zijn betonaquaria allang allemaal
had weggedaan omdat ze allemaal wel iets bleken te mankeren na verloop
van tijd. Dat ding uitbreken in mijn huiskamer die toen zelf net gerenoveerd
was zag ik echter niet zo zitten. Na een jaar verschenen er echter
nog meer lekjes en nu heb ik zelfs een barstje in de achterwand geconstateerd.
Uw verhelderend verhaal over een houten aquarium bracht mij ertoe
om de barsten met TEK-7 te proberen te dichten. Dat haalde zo goed
als niets uit. Hoewel ik het twee volle dagen liet uitharden kon die
siliconenkit er toch zo terug afgetrokken worden.
Bestaat er misschien nog een ander soort lijm om dit aquarium toch
te herstellen ? Alvast bedankt voor de moeite.
J.M. - Solré-sur-Sambre |
|
Het klopt inderdaad
dat betonconstructies, zeker als ze eenzijdig belast worden, steeds
stuk gaan. Dat is ook zo in vijvers. Dat gebeurt zelfs af en toe
bij bruggen en autostrades? Beton is immers een mengsel dat niet
steeds dezelfde samenstelling heeft. Het percentage en de aard van
de vulstof die bij het cement wordt gevoegd, hebben onvermijdelijk
invloed op het uiteindelijke resultaat. Voor een aquarium moet uiteraard
waterdicht beton vervaardigd worden. In de betontechnologie wordt
dan van kwaliteit B 17,5 gesproken, wat staat voor een cementgehalte
van 280-320 kg/m3. Voor vijvers moet het beton ook nog tegen vorst
bestand zijn en dan is kwaliteit B 22,5 vereist. Hier is het vereiste
cementgehalte tussen 300 en 360 kg/m3. Dit ter info want het is
beter deze techniek noch voor vijvers, noch voor aquaria aan te
wenden. Houdt men zich niet aan deze normen dan is de kans op problemen
vrij reëel. Ik heb het overigens nooit zo opgehad met die betonnen
aquaria. Voor zover ik het begrepen heb, ging het hier vooral om
de kostprijs van het glas uit te sparen. Van bodemplaat, zij- en
achterwanden zie je immers niets en die kunnen dan desnoods in een
ander materiaal uitgevoerd worden. We krijgen dan wel een veel zwaarder
aquarium. Die wanden en bodemplaat moeten toch een minimale dikte
hebben van 20 tot 25 mm. Beton weegt bovendien maar een beetje lichter
dan glas (2300-2500 kg/m3 versus 2600 kg /m3). Een stevig onderstel
in zware meubelbuis is hier dan een absolute noodzaak.
Wat uw probleem betreft zijn er verschillende oplossingen. Om te
beginnen is er een door de firma Novatech® (dezelfde die TEK7
produceert...) aangeboden lijm die op alle natuursteen hecht. Hij
heet ROCK7 en het zou een ideale oplossing zijn ware het niet dat
ergens achteraan een oranje vierkantje, met een zwart St.-Andrieskruis
erop, de aandacht trekt. Hij is dus giftig. Hij bevat Methyl (2-butanoximino)
silaan. Ik weet niet hoe giftig dat is maar ikzelf voel niet de
minste behoefte om vissen daaraan bloot te stellen. Vooral niet
omdat er voor betonnen aquaria en vijvers een betere, goedkopere
oplossing bestaat.
|
Een waterval in beton in een beton-vijver.
Hersteld met een plasticbuis. Mooi is anders. Het illustreert perfect
dat betonconstructies steeds onder-mijnd worden.
(Foto: Peter de Batist)
|
Het
zal in uw geval namelijk volstaan aan het gevulde aquarium een kleine
hoeveelheid bentoniet toe te voegen. Bentoniet is een kleimineraal
uit de montmorilloniet/smectiet-groep. Deze kleimineralen ontstaan
door de erosie van rotsen door water. Er wordt jaarlijks zowat 10-15
miljoen ton gedolven die in diverse industrieën een toepassing
vindt. De partikels waaruit deze mineralen zijn opgebouwd zijn uiterst
klein: schijfjes van 200-500 nm x 0,95 nm dik (1 nm (nanometer) =
10 -9 m of 1 miljardste meter). Binnenin hebben deze schijfjes die
opgebouwd zijn uit silicium, aluminium, ijzer, magnesium, kalium,
calcium en natrium, een negatieve lading, terwijl ze aan de randen
een positieve lading uitstralen. Hierdoor bezitten ze een groot ionenwisselend
vermogen. Een eigenschap waarvan voornamelijk in de landbouw gebruik
gemaakt wordt, voor het vruchtbaar maken van cultuurland. Naast de
voornoemde mineralen kunnen er in de diverse smectieten namelijk nog
60 andere mineralen sporengewijs voorkomen. Voor dit specifiek doel
is dat natuurlijk niet van belang, maar zo begrijpt u tegelijkertijd
dat de introductie van kleine hoeveelheden kleimineralen van deze
specifieke groep in uw aquariumbodemgrond een welkome stimulans voor
de aanwezige planten betekent. Ik vermeld het terloops omdat vele
aquariumproducten de gewone klei aanwenden. Dat zijn echter kleimineralen
van de kaolinietgroep en hierbij gebeurt niet alleen die ionenwisseling
niet, maar bovendien is het mineraalgehalte minder gediversifieerd.
Bentoniet heeft echter nog een belangrijke eigenschap die we voor
ons specifiek doel het dichten van een betonnen aquarium
goed kunnen gebruiken. Deze klei kan namelijk 8-15 x zijn eigen volume
aan water opnemen. Dit enorme zwelvermogen, waarna een vrij stugge
maar toch nog enigszins elastische massa ontstaat, kan elke barst
in betonnen aquaria of vijvers (foto 2) volledig en duurzaam dichten.
Bentoniet is
evenwel niet in het klassieke aquariumaanbod te vinden, maar een goed
tuincentrum zou het toch in zijn gamma moeten hebben. Heeft u slechts
een klein beetje nodig (de minimumverpakking is 5 kg) dan kunt u zich
ook behelpen met de klassieke grijze absorberende kattenbakvulling
die voor een groot deel uit bentoniet bestaat. Meestal van een minderwaardige
kwaliteit, maar het is toch de moeite van het proberen waard. De pet-industrie
is overigens slechts één van de vele afnemers van dit
product. Het mineraal wordt ook in de petroleumindustrie gebruikt
in suspensie, en wel om de boorkoppen in boortorens te smeren en af
te koelen. Vervolgens komen de verfindustrie, de cosmetica, de voeding
en ... de aanleg van vijvers.
Het zwelvermogen van deze klei kan inderdaad ook gebruikt worden om
lekken in vijvers te dichten maar tegelijk om vijvers aan te leggen
zonder gebruik te maken van geomembraan. Hoewel er met deze werkwijze
ook enkele beperkingen zijn. We kunnen namelijk met bentoniet geen
rechtopstaande wanden maken. |
Ook de schuine hoek is beperkt. Een helling
van 15 % is wel het maximum. We kunnen met andere woorden geen koi-vijver
genereren maar voor een natuurvijver die toegankelijk is voor diverse amfibieënsoorten
is het de gedroomde oplossing. Het aanleggen van een dergelijke vijver is
vrij eenvoudig. Hij moet een 20-25 cm dieper uitgegraven worden dan het
niveau dat men uiteindelijk wenst. Het bentoniet wordt vervolgen gemengd
met de bodemgrond naar rato van 25 kg/m2 bodemoppervlakte voor zandige grond.
Voor leem en kleibodems mag het gehalte wat minder zijn. Na zorgvuldig mengen
mag deze laag met 20 cm bodemsubstraat opgevuld worden. Vervolgens kan er
water in en het zwelproces start ogenblikkelijk. Na een dag hebben we een
volledig waterdichte kuip. Die het best met inheemse water- en moerasplanten
kan begroeid worden. Ze zullen zich heerlijk voelen in dat kleibed. Doen
maar! |
Een betonvijver moet, om een beetje
kans van slagen te hebben, aan drie voorwaarden voldoen: de hellingshoeken
moeten voldoende schuin zijn; het beton moet van een water-dichte
kwaliteit zijn; gebruik ronde vormen, want die weerstaan het best
de zijwaartse druk.
(Foto: Peter de Batist)
|
|