|
IDENTITEIT: orde: Decapoda; familie: Hippolytidae. |
|
EERSTBESCHRIJVING: In 1935, door I. Gordon, als Hippolysmata grabhami in The Journal of the Linnean Society, Zoology 39: 307-351 |
|
SYNONIEM: Lysmata amboinensis |
|
NEDERLANDSE NAAM: Poetsgarnaal |
|
MAXIMALE GROOTTE: ca. 7 cm |
|
HOUDBAARHEID: Deze dieren zijn over het algemeen goed te houden, vooropgesteld dat ze in een aquarium terechtkomen met een rustige bevolking. Ze zijn vooral gevoelig voor veranderende waterkwaliteit en voor het inbrengen in een ander aquarium. De bak dient voorzien te zijn van verschillende schuilplaatsen, aangezien ze zich liefst verdekt opstellen. ln een goed draaiend aquarium kunnen ze ongeveer twee tot drie jaar in leven gehouden worden, hetgeen voor garnalen een respectabele leeftijd is. |
|
|
Milieu |
Aquarium |
Kweek |
Zuurtegraad pH |
8,0 - 8,3 |
7,8 - 8,4 |
|
Dichtheid |
1,024 |
1,020 - 1,026 |
|
Temperatuur °C |
25 - 27 |
24 - 28 |
|
|
|
VERSPREIDING: Hawai, RodeZee, Golf van Mexico, Westelijke Indische Oceaan, rond Sri Lanka |
|
|
|
BIOTOOP: Koraalriffen op Hawai, in de Rode Zee, de Golf van Mexico, de Bahama's, de Indische Oceaan (Westelijk) en rond Sri Lanka |
-Poetsers - In schooltje houden |
GEDRAG: Zoals de naam het al zegt, verdienen deze garnalen hun kost door vissen te ontdoen van allerlei parasieten. De vissen komen daartoe op een vaste plaats samen, om dan één voor één bediend te worden. Dit gedrag vertonen ze eveneens in het aquarium. Het verdient aanbeveling ze in groepjes samen te houden. De dieren zijn zeer verdraagzaam jegens soortgenoten en het komt hun algemene conditie ten goede. |
Alleseter |
VOEDSEL: Poetsgarnalen zijn in het aquarium uitstekende "opruimers". Ze hebben geen goed ontwikkeld zicht, maar hun reukzin is des te beter. Voor de rest eten ze alles wat hun voor de scharen komt. |
|
VOORTPLANTING: De volwassen dieren dragen hun eitjes in een tros bijeen aan de achterste poten. De pas uitgekomen larfjes leven gedurende een tijd tussen het plankton. |
Regelmatige vervelling |
BIJZONDERHEDEN: Om de drie tot vier weken werpen poetsgarnalen hun oude pantser af. Dit laat hen toe te groeien. Dit gebeurt meestal nadat de verlichting is uitgeschakeld. Het oude pantser hangt dan aan een of andere koraaltak en zal na enkele dagen volledig opgelost zijn. |