Foto: Harry Voet
IDENTITEIT: orde: Alismatalis; familie: Aponogetonaceae. | ||||||||||||||||||||||||||
EERSTBESCHRIJVING: In 1771, door C. Linnaeus, als Saururus natans, in Mant. pl. 2 p. 227. | ||||||||||||||||||||||||||
SYNONIEM: Aponogeton monostachyon, A. monostachus | ||||||||||||||||||||||||||
NEDERLANDSE NAAM: | ||||||||||||||||||||||||||
MAXIMALE GROOTTE: Tot op zekere hoogte afhankelijk van de waterdiepte voor wat de drijfbladeren betreft: tot ca. 70 cm. | ||||||||||||||||||||||||||
GESLACHTSONDERSCHEID: | ||||||||||||||||||||||||||
Goed houdbare plant Vormt ook drijfbladeren |
HOUDBAARHEID: Goed groeiend in het aquarium. De breed gegolfde onderwaterbladeren, die eerst ontstaan, zijn vliesdun en worden bij werkzaamheden in de bak gemakkelijk beschadigd. De drijfbladeren die later ontstaan kan men desgewenst verwijderen, waardoor de plant onderwaterbladeren blijft vormen. Een zekere periodiciteit is in de groei ervan waar te nemen. Toepassing: solitairplant voor het aquarium of het watergedeelte van een paludarium. Lichtgroene kleur contrasteert goed met tal van planten. | |||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||
* Metingen gedaan nabij Habarana (Sri Lanka) op 06-04-81 en 29-07-82 | ||||||||||||||||||||||||||
VERSPREIDING: Indië en Sri Lanka | ||||||||||||||||||||||||||
Stilstaand water | BIOTOOP: Plant van ondiep stilstaand water. - Eigen waarneming: ln een ± 60 cm diepe drinkpoel voor het vee. Dit was duidelijk eutroofwater - draadalgen en waterbloei. Dank zij de drijfbladeren overleefden deze planten: onderwaterbladeren zouden in dit troebel water aan lichtgebrek ten onder gaan. | |||||||||||||||||||||||||
BODEM: Aquariumgrint, met onderin een weinig klei. Op de waargenomen plaats te Habarana : slijkerige kleiachtig aandoende bodem langs de rand van de poel; harder in 't midden. | ||||||||||||||||||||||||||
Normale tot sterke belichting | LICHT: Een belichting met een TL-buis per 10 cm aquariumbreedte voldoet goed, maar meer licht werkt zeker niet schadelijk. | |||||||||||||||||||||||||
Uit zaden te vermeerderen Zaailingen zijn warmtebehoeftig |
VERMEERDERING: Door zaden. De plant bloeit gemakkelijk in het aquarium. Zaadvorming werd door mij evenwel niet bekomen: zelfbestuiving of stuifmeel van A. crispus leverde niets op. Meegebrachte zaden (kleiner en smaller dan die van A. crispus) ontkiemden goed, maar de opkvveek vereist voldoende licht en warmte: het lukte niet in een onverwarmd bakje (winterperiode was fataal). | |||||||||||||||||||||||||
Verwijdering van drijfbladeren zorgt voor behoud van onderwaterbladeren |
BIJZONDERHEDEN: ln een aquarium, waarin het water - in tegenstelling tot dat in de natuur- steeds helder is, bekomen de onderwaterbladeren voldoende licht om de plant in leven te houden en kan men zonodig elk drijfblad, zodra het opkomt, afknijpen. De plant blijft onderwaterbladeren behouden. Drijfbladeren ontstonden bij mijn planten slechts periodiek. Ondanks het verwijderen ging de bloei van de planten verder ! De bewering dat de plant voor het aquarium waardeloos zou zijn, door de drijfbladeren, is m.i. ongegrond: enkel in troebel water kan de plant er niet zonder. Talrijke kruisingen zouden bestaan, o.a. met A. crispus en A. undulatus. |