Foto: Arend van den Nieuwenhuizen
IDENTITEIT: orde: Squamata; familie: Colubridae. | |||||||||||||||||||||||||
EERSTBESCHRIJVING: in 1758, door C. Linnaeus, als Coluber buccatus, in Systama Naturae 10e Ed. blz 216. | |||||||||||||||||||||||||
SYNONIEM: Coluber buccatus. | |||||||||||||||||||||||||
NEDERLANDSE NAAM: Boa-waterdrogadder. | |||||||||||||||||||||||||
MAXIMALE GROOTTE: 1300 mm | |||||||||||||||||||||||||
GESLACHTSONDERSCHEID: niet uitwendig merkbaar. Laten sonderen door een herpetoloog of dierenarts. De mannetjes zouden kleiner zijn dan de vrouwtjes? | |||||||||||||||||||||||||
Waterkwaliteit is belangrijk. | HOUDBAARHEID: goed houdbare waterslang. Ze komt vaak op het land en graaft dan duchtig in de bodem. Het landgedeelte, van het paludarium met een ruime waterpartij (minstens 150 mm diep) waarin we ze verzorgen, moet dus degelijk ingericht worden. Watertemperatuur 25 °C, luchttemperatuur tot 30 °C. Goede filtering én waterverversing noodzakelijk. | ||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||
VERSPREIDING: Myanmar, Thailand, Laos, Cambodja, Vietnam, Maleisië en de grote Sunda-eilanden. | |||||||||||||||||||||||||
Zeer goede vissers. Kultuurvolgers. |
BIOTOOP: bewoners van beken en rivieren maar ook van poelen, plassen, vijvers die soms volledig overgroeid zijn met waterplanten, klongs en rijstvelden; soms zelfs tot in de brakwaterzone. | ||||||||||||||||||||||||
Bijten zelden. | GEDRAG: in het begin een uitgesproken wild gedrag. Later worden ze wat handelbaarder. Ze bijten echter nagenoeg nooit. | ||||||||||||||||||||||||
Vissen en kikkers. | VOEDSEL: levende vissen tot ongeveer de dubbele lengte van de kop en kikkers. Te kleine prooidieren worden genegeerd. De prooi wordt op het landgedeelte verorberd. | ||||||||||||||||||||||||
Levendbarend. | KWEEK: nakweek meermaals geslaagd maar zonder gegevens in de literatuur. Levendbarend zoals alle leden van de onderfamilie Homalopinae. Eén worp kan 9-21 jongen bevatten. | ||||||||||||||||||||||||
Giftanden achteraan in de bek. | BIJZONDERHEDEN: bezit een klier van Duvernoy en verlengde giftanden achter in de bek. Het gif is zeer werkzaam op vissen en kreeftjes. Update 2019 - Deze soort komt niet voor op Positieflijst Reptielen Vlaanderen (2018). |