(Bloch, 1787)
Foto: W. Bleys
Foto: W. Bleys
| IDENTITEIT: orde: Perciformes; familie: Pomacanthidae.. | |||||||||||||||||||||||||
| EERSTBESCHRIJVING: Chaetodon bicolor, Bloch, 1787, Naturgeschichte Ausland. Fishe. lll : 94. | |||||||||||||||||||||||||
| SYNONIEM: Holocanthus bicolor | |||||||||||||||||||||||||
| NEDERLANDSE NAAM: Zwartgele dwergkeizersvis. | |||||||||||||||||||||||||
| MAXIMALE GROOTTE: 10 tot 12 cm. ln het aquarium maximum tot 10 cm. | |||||||||||||||||||||||||
| GESLACHTSONDERSCHEID: ongekend | |||||||||||||||||||||||||
| Vrij moeilijk te verzorgen |
HOUDBAARHEID: Een zeer gevoelige en moeilijk te houden soort die het in gevangenschap betrekkelijk kort uithoudt. De beste resultaten worden bereikt met jonge dieren in een aquarium met veel schuilplaatsen. Hierin brengt de vis aanvankelijk de meeste tijd door. Een goede algen- ol Caulerpa-begroeiing is een primaire vereiste. Het dier kan lange tijd volkomen gezond lijken en dan op onverklaarbare wijze sterven. | ||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||
| VERSPREIDING: Oceanië en de Stille Oceaan: Nieuw-Guinea, Groot Barrièrerif en de eilanden van Micronesië en Polunesië. Niet op Hawaï | |||||||||||||||||||||||||
 |
 | ||||||||||||||||||||||||
| BIOTOOP: Koraalriffen: in allerlei holen en spleten. Jonge exemplaren verblijven meestal op diepten van circa 1 meter. Oudere vissen worden aangetroffen op zo'n 10 meter diepte. | |||||||||||||||||||||||||
| Zeer vreedzaam | GEDRAG: Door de moeilijke houdbaarheid hebben slechts weinig liefhebbers ervaring met deze vis. ln de natuur leeft hij paarsgewijs of in kleine groepen dicht bij de bodem. Verplaatst zich van de ene schuilplaats naar de andere met grote snelheid. Eenmaal gewend aan de aquariumomstandigheden, is het een rustige vis die zich weinig van zijn medebewoners aantrekt. Hij staat dan zeker zijn mannetje als het op voedsel aankomt. Voorwaarde is uiteraard dat dit zeer tere diertje de eerste moeilijke weken doorkomt. | ||||||||||||||||||||||||
| Alleseter | VOEDSEL: Algen staan zeker nummer 1 op het menu. Geen algen betekenen onverbiddelijk een ongezonde vis. Verder allerhande klein dierlijk voedsel, sla, spinazie. Eenmaal overgewend zal hij praktisch alle normale aquariumvoer aanvaarden, zoals Artemia, mossels. en haast alle diepgevroren en gedroogde voedselsoorten. | ||||||||||||||||||||||||
| KWEEK: | |||||||||||||||||||||||||
| BIJZONDERHEDEN: |
