|
IDENTITEIT: orde: Perciformes; familie: Serranidae. |
|
EERSTBESCHRIJVING: ln 1775, door P. Forsskal, als Perca miniata, in Descr. Anim. Xl:41. |
|
SYNONIEM: Pomacentrus burdi, Serranus cyanostigmatoides |
|
NEDERLANDSE NAAM: Rode koraalbaars |
|
MAXIMALE GROOTTE: ln de literatuur zijn verschillende opgaven te vinden: de meningen lopen uiteen van ca. 30 cm tot zelfs 50 cm en meer. |
|
GESLACHTSONDERSCHEID: |
Groot aquarium Veel Schuilplaatsen |
HOUDBAARHEID: Als men die dieren in de handel aantreft, zijn het veelal jonge exemplaren. Die aanvaarden vlug het normale aquariumvoedsel en stellen geen bijzondere eisen aan de watersamenstelling. Daar ze vlug groeien hebben ze in een klein aquarium geen toekomst. Ze zijn niet erg beweeglijk (maar schijn bedriegt !). Ze liggen veelal voor de door hun uitgekozen schuilplaats en loeren op buit. Het aquarium moet niet alleen groot zijn, maar ook voorzien van vele schuilmogelijkheden. |
|
|
Milieu |
Aquarium |
Kweek |
Zuurtegraad pH |
|
7,5 - 8,3 |
|
Dichtheid |
|
1,025 |
|
Temperatuur °C |
|
24 - 27 |
|
|
|
VERSPREIDING: lndische- en Stille Oceaan, ook de Rode Zee |
|
|
|
BIOTOOP: Komen solitair voor op koraalriffen en rotskusten en in lagunes met enige koraalgroei. |
Rovers |
GEDRAG: Het is een uitgesproken rover, welke dan ook niet met kleine vissen mag samen gehouden worden. Eénmaal een schuilplaats gevonden, verdedigt hij deze agressief tegenover soortgenoten en andere zeebaarzen. Andere vissoorten negeert hij, voor zover ze te groot zijn voor zijn met sterke tanden bezette muil. |
Geen voedselproblemen |
VOEDSEL: In de natuur voeden ze zich voornamelijk met kleine vissen. Kreeftachtigen zal hij evenmin versmaden, maar deze vormen niet de hoofdbrok. In het aquarium geven ze (uiteraard) de voorkeur aan een levende prooi, maar toch accepteren ze vrij vlug stukjes vis, mossel e.a. |
|
KWEEK: |
|
BIJZONDERHEDEN: Bij het ouder worden verdonkert de rode kleur, maar ook jonge dieren kunnen hun kleur onder bepaalde omstandigheden activeren of verminderen. Dit gebeurt door het concentreren of uitbreiden van kleurpigment in speciale onderhuidse cellen (chromatoforen). |