|
IDENTITEIT: orde: Perciformes; familie: Cichlidae. |
|
EERSTBESCHRIJVING: In 1875, door Steindachner, als Geophagus agassizii, in Sitz. ber. Akad. Wiss. LXXl(1):111 |
|
SYNONIEM: Heterogramma agassizii |
|
NEDERLANDSE NAAM: Gele dwergcichlide |
|
MAXIMALE GROOTTE: Mannetjes 8 cm, vrouwtjes 5 cm |
|
GESLACHTSONDERSCHEID: Mannetjes zijn niet alleen groter, ze hebben ook een sierlijker vinnenstelsel. De vinnen van de vrouwtjes zijn kleiner en afgerond i.p.v. spits. Hun lichaam is meestal geelbruin. Mannetjes zijn niet noodzakelijk geel gekleurd. |
Enkele schuilplaatsen |
HOUDBAARHEID: Het aquarium hoeft niet groot te zijn. Enkele dicht beplante gedeelten geven hen een gevoel van veiligheid en dit waarderen ze door hat aannemen van hun mooiste kleuren. Enkele schuilplaatsen, zoals opgestapelde stenen en/of een ingegraven bloempotje, zijn wenselijk. |
|
|
Milieu |
Aquarium |
Kweek |
Zuurtegraad pH |
|
6 - 7 |
6 - 7 |
Totale hardheid °DH |
|
<15 |
<15 |
Temperatuur °C |
|
22 - 24 |
22 - 24 |
Geleidbaarheid µS |
|
|
|
|
|
VERSPREIDING: Zuid-Amerika: middenloop v/d Amazone |
|
|
|
BIOTOOP: Stilstaande en langzaarn stromende wataren, veelal met overschaduwde boorden; oerwoudgewassen en/of boomwortels, uitlopend in het water. Voomamelijk de middenloop van de Amazone. |
Vredelievende dwergcichlide |
GEDRAG: Vredelievende dwergcichlide. Kan gerust in het gezelschapsaquarium bij streekgenoten gehouden worden. Mannetjes nemen t.o.v. elkaar zeer vaak een imponeerhouding aan, maar vechten zelden. In een te klein aquarium kan de verliezer best uitgevangen worden. In de paaitijd bakenen ze zich een territorium af dat ze goed verdedigen. Voorzichtig met de vissen omspringen bij overwenning en bij bestrijding van een ziekte, want chemische produkten hebben doorgaans geen te beste invloed op hen. |
Alle levend voedsel |
VOEDSEL: Alle levend voedsel wordt graag genomen, met een lichte voorkeur voor wormachtigen en muggelarven. Droogvoer wordt slechts in noodgevallen verorberd. |
Geen willekeurig stel samenbrengen |
KWEEK: Geen willekeurig paar samenzetten, maar meerdere exemplaren samen. Vooral de vrouwtjes moeten we door een aangepaste krachtige voeding in conditie brengen. Eieren worden afgezet op een beschutte plek. Na het bevruchten van de eieren is het mannetje niet meer gewenst in de nabijheid van het nest. Het vrouwtje is niet de beste verdediging van het broed en in het gezelschapsaquarium kan ze dikwijls haar taak niet tot een sucoesvol einde brengen. Daarom is het beter een speciaal aquarium op te zetten. |
|
BIJZONDERHEDEN: Door de grote geografische spreiding bestaan er verschillende kleurvormen. |