|
IDENTITEIT: orde: Perciformes; familie: Cichlidae. |
|
EERSTBESCHRIJVING: in 1983, door S. O. Kullander, als Apistogramma inconspicua in Zool. Scripta 11(4):307. |
|
SYNONIEM: |
|
NEDERLANDSE NAAM: |
|
MAXIMALE GROOTTE: 7 à 8 cm |
|
GESLACHTSONDERSCHEID: de mannetjes zijn kleuriger en hebben langere vinnen die puntig uitlopen. Bij de vrouwtjes zijn die afgerond. De mannetjes worden ook wat groter en zijn robuuster dan de vrouwtjes |
Schuilplaatsen voorzien |
HOUDBAARHEID: goed te houden in goed beplante aquaria met veel schuilplaatsen en kleine broedholen, in het gezelschap van kleine vissen die de bovenzone van het aquarium bewonen. Zwakzuur tot neutraal water, met een hardheid niet boven de 10 °DH en een temperatuur van 25 à 26 °C is aan te bevelen. |
|
|
Milieu |
Aquarium |
Kweek |
Zuurtegraad pH |
6,5 - 7 |
6,5 - 7 |
6 - 7 |
Totale hardheid °DH |
0 |
1 - 4 |
1 - 3 |
Temperatuur °C |
24 - 26 |
24 - 26 |
25 - 27 |
Geleidbaarheid µS |
|
|
|
|
|
VERSPREIDING: Zuid-Amerika: gebied rond Rio Paraguay en Rio Guapore in Bolivia, Brazilië en Paraguay. |
|
|
|
BIOTOOP: komt voor in de toevoerriviertjes van de Rio Paraguay en Rio Guapore in Bolivia, Brazilië en Paraguay. |
Mannetjes zijn zeer agressief tegenover soortgenoten |
GEDRAG: tolerant tegenover andere kleine vissen, maar zeer agressief tegenover soortgenoten. Niet in te kleine aquaria houden. Eén mannetje met meerdere vrouwtjes zorgt ervoor dat de man wat meer werk heeft en ook met de andere vrouwtjes paart |
Klein levend voedsel |
VOEDSEL: alle soorten klein levend voedsel zijn sterk aan te bevelen: muggenlarven, Cyclops, watervlooien en af en toe wat enchytraeën worden graag gegeten. |
Schuilsubstraatbroeder |
KWEEK: zacht en mineraalarm water, best gedistilleerd of regenwater met wat leidingwater gemengd. De pH naar 6,5 brengen door filtering over turf. Temperatuur van 25 à 26 °C. Zoals het merendeel van de Apistogramma-soorten is A. inconspicua een schuilsubstraatbroeder die haar eitjes afzet in een klein broedholletje, of onder kienhout, tussen planten verscholen. Het vrouwtje zorgt aanvankelijk alleen voor het legsel. Later mag de man wel deelnemen aan de verdere broedzorg en verdedigt hij mee de jongen bij hun zoektocht naar voedsel. De voor het eerst vrijzwemmende jongen die door beide ouderdieren bewaakt en geleid worden, vers ontloken Artemia voederen. Een regelmatige waterverversing zorgt voor een snelle en gelijkmatige opgroei. |
|
BIJZONDERHEDEN: het is aan te raden meerdere vrouwtjes met één mannetje samen te houden daar de mannetjes erg agressief kunnen zijn, zeker tegenover elkaar. Dus geen twee mannetjes in hetzelfde aquarium. |