Foto: Arend van den Nieuwenhuizen
IDENTITEIT: orde: Perciformes; familie: Cichlidae. | |||||||||||||||||||||||||||||
EERSTBESCHRIJVING: in 1922, door C. T. Regan als Aulonocara nyassae in Proc. Zool. Soc. London 1921 p4 no36 | |||||||||||||||||||||||||||||
SYNONIEM: | |||||||||||||||||||||||||||||
NEDERLANDSE NAAM: | |||||||||||||||||||||||||||||
MAXIMALE GROOTTE: Wordt tot 18 cm groot | |||||||||||||||||||||||||||||
GESLACHTSONDERSCHEID: Het mannetje is veel intenser gekleurd dan het wijfje, dat getooid is met verticale strepen. Bij jonge dieren is het geslachtsonderscheid niet te merken. | |||||||||||||||||||||||||||||
- Vrij eenvoudig te houden - Ruim aquarium |
HOUDBAARHEID: Een aanrader voor de beginnende cichlidenliefhebber die over een wat ruimer aquarium beschikt. Bij het inrichten van het aquarium dienen vlucht- en schuilpaatsen voorzien te worden. | ||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||
VERSPREIDING: Afrika: Oostkust van het Malawimeer | |||||||||||||||||||||||||||||
BIOTOOP: Endemisch in het Malawimeer, waar ze vooral voorkomen in de zone welke de overgang vormt tussen de rotsstrook en de zandstrook. | |||||||||||||||||||||||||||||
- Rustig - Schuilplaatsen |
GEDRAG: Gedragen zich zeer rustig in een aquarium, zodat - indien er voldoende schuilplaatsen voorzien zijn - meerdere koppeltjes kunnen gehouden worden. Mannetjes durven wel eens een gevecht aangaan, doch dit eindigt meestal zonder schade. Hoewel het vrij robuuste kerels zijn, laten ze andere bewoners van het aquarium gerust. | ||||||||||||||||||||||||||||
Alleseter | VOEDSEL: Het zijn dieren welke geen bijzondere eisen stellen aan de voeding. Droogvoer wordt met evenveel smaak genomen als muggelarven. Gezien hun grootte, dient het aangeboden voedsel in verhouding te zijn. | ||||||||||||||||||||||||||||
Muilbroeder | KWEEK: De kweek van deze muilbroeder is eenvoudig. Een stel onderbrengen in een aquarium van minimum 80 cm op 40 cm x 40 cm, waarin voldoende schuilmogelijkheden voorzien zijn. De eitjes worden afgezet op een platte steen (een vijftigtal) en dan gedurende een drietal weken in de muil gehouden door het wijfje. Zelfs het jongbroed wordt soms nog door het wijfje terug in de bek genomen indien er gevaar dreigt. | ||||||||||||||||||||||||||||
BIJZONDERHEDEN: Er bestaan meerdere kleunvariëteiten van deze vissen. Een kruising met Aulonocara jacobfreibergi (syn: Trematocranus jacobfreibergi) is mogelijk. |