Peters, 1858
Foto: L. Coppens
Foto: L. Coppens
| IDENTITEIT: orde: Perciformes; familie: Cichlidae. | |||||||||||||||||||||||||||||
| EERSTBESCHRIJVING: In 1858, door W.C.H. Peters, als Hemichromis fasciatus in Monatb. Akad. Wiss. Berl. (1857):403. | |||||||||||||||||||||||||||||
| SYNONIEM: | |||||||||||||||||||||||||||||
| NEDERLANDSE NAAM: | |||||||||||||||||||||||||||||
| MAXIMALE GROOTTE: Worden tot 30 cm groot, maar blijven in gevangenschap veel kleiner. | |||||||||||||||||||||||||||||
| GESLACHTSONDERSCHEID: De vrouwtjes zijn kleiner; inzonder rond de paartijd zijn ze krachtiger gebouwd. Rug- en aarsvin afgerond; bij de mannetjes puntig. | |||||||||||||||||||||||||||||
| Geen gezelschapsaquarium | HOUDBAARHEID: Passen niet in een gezelschapsaquarium. Alleen voor cichlidenfans die over een ruim aquarium beschikken. Goede zandbodem met meerdere schuilplaatsen, onder de vorm van stenen, kienhout, kokosnootschalen, e.a. Hebben de naam plantenvernielers te zijn, maar dit kan grotendeels voorkomen, of toch tot een minimum herleid worden. door een oordeelkundige inrichting van hun woonst en een goede verzorging. Als beplanting komen uiteraard alleen sterke soorten zoals de amazonezwaardplant, javavaren, e.a. in aanmerking. Helder water ! | ||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||
| VERSPREIDING: Centraal West-Afrika | |||||||||||||||||||||||||||||
 |
 | ||||||||||||||||||||||||||||
| BIOTOOP: Kent een ruime verspreiding in centraal West-Afrika : stilstaande en stromende wateren. Zelfs in riviermondingen en brakkige gebieden. Consumptievis voor de plaatselijke bevolking. | |||||||||||||||||||||||||||||
| Territorium | GEDRAG: Karaktervolle vechter, reeds bij het opgroeien. Bijterig en onverdraagzaam. Territoriumvormend. | ||||||||||||||||||||||||||||
| Alle levend voedsel | VOEDSEL: Nemen alle soorten levend voedsel, met naast het klassieke gamma. ook nog Mysis, allerlei kevertjes. stukjes vlees. e.a. | ||||||||||||||||||||||||||||
| KWEEK: Kweekstel bij voorkeur zichzelf laten vormen uit een zestal jonge exemplaren. Mogelijk dient het aquarium met glasschijven verdeeld te worden in afzonderlijke compartimenten, tot de vissen paringsbereid zijn. Poetsen samen de afzetplaats. Legsel wordt vooral door het vrouwtje bewaakt en verzorgd, terwijl de man de wacht optrekt om bijwijlen zijn ega af te lossen. Na drie dagen komen de jongen uit. Ze worden onmiddellijk door de ouders naar een schuilplaats overgebracht. Na een week volgen de eerste zwemlessen en verloopt de opgroei zoals bij de meeste cichliden. Artemia als eerste voedsel en aldra watervlooien, Cyclops, e.a. Groeien snel en kunnen spoedig grotere stukken voedsel aan. Intensieve broedzorg tot de jongen 2 a 3 cm groot zijn. | |||||||||||||||||||||||||||||
| BIJZONDERHEDEN: |
