Hyphessobrycon erythrostigma
(Fowler 1943)

[Foto Hyphessobrycon erythrostigma]
Foto: René Wouters

IDENTITEIT: orde: Cypriniformes; familie: Characidae.
EERSTBESCHRIJVING: in 1934 door H. W. Fowler als Hemigrammus erythrostigma in "The Fish Culturist", 22(5):33.
SYNONIEM: Hyphessobrycon callistus rubrostigma, Hyphessobrycon rubrostigma
NEDERLANDSE NAAM: bloedvlektetra.
MAXIMALE GROOTTE: 6 cm.
GESLACHTSONDERSCHEID: niet moeilijk, de man heeft een uitgegroeide rugvin die tot ver achter de staartvin kan reiken. Vrouwtje iets matter van kleur en dikker in de buik. Zij blijft ook wat kleiner.
HOUDBAARHEID: gemakkelijke aquariumvissen. Ze stellen prijs op een donkere bodem en donkere wanden, schuilmogelijkheden en weinig licht van bovenaf. Zo gehouden zijn ze het mooist.
DIERENRIJK
Z h XVI 01
       
Milieu Aquarium kweek
Zuurtegraad pH   6,5 - 7 6,2
Totale hardheid °DH   8 - 10 0 - 2
Temperatuur °C   23 - 24 23 - 25
Geleidbaarheid µS      
VERSPREIDING: Colombia; bovenloop van de Amazone.
[Kaart voorkomen
BIOTOOP: hierover is maar weinig bekend, maar we kennen hun gedrag in het aquarium. Daaruit is af te leiden dat hun biotoop een overschaduwd, niet al te helder water zal zijn, waarschijnlijk met een donkere humusbodem. Hieruit volgt weer: zacht en lichtzuur water.
GEDRAG: vredelievende scholenvis. Houdt van gezelschap. Onophoudelijk in beweging in de school. Soms verwijderen ze zich uit de school om te schuilen in de randbeplanting, waaruit ze dan na een tijdje weer opduiken in hun prachtigste kleuren.
VOEDSEL: is tevreden met alle voedsel. Veel afwisseling noodzakelijk. Is verzot op alles wat leeft. Is voor een Hyphessobrycon een tamelijk grote eter.
KWEEK: zeer moeilijk! Weinig over bekend. Steller heeft met deze vissen wel enige ervaring, maar lukte er nooit in ermee te kweken. Een zeer bruikbaar en uitgebreid kweekverslag is er te vinden in Aquariumwereld 34(3):50 en 34(9):185, van Peer Koppenaar. Samengevat als volgt: De vissen goed observeren in de school, een gelijkgeaard stel uitscheppen in een grote kweekbak (min. 50x30x30 cm), opgeteld op een duistere plaats. Turfpluis op de bodem, zeer zacht en lichtzuur water (vissen overwennen). Ze zouden dan vlot afzetten op de manier van Hyphessobrycon-soorten. De eitjes ontluiken na 24 uren. De jongen zwemmen vrij na 5 dagen, bij een temperatuur van 25 °C. Pas ontloken Artemia wordt direct genomen.
Groeien traag. Pas geslachtsrijp na 1 jaar. De kweek lukte nooit met jonge dieren.
BIJZONDERHEDEN:
Bewerkt door:
René Wouters, juni 1984
Laatst bijgewerkt op: 09-07-2010
   naar Aquariumwereld Delen - Mailen - Bewaren
AANGEBODEN DOOR
AQUARIUMWERELD
UW MAANDBLAD VOOR AQUARIUM- EN TERRARIUMKUNDE