|
IDENTITEIT: orde: Synbranchiformes; familie: Mastacembelidae. |
|
EERSTBESCHRIJVING: Door Bleeker in 1850, in Verhandeling v/h Bataviaasch Genootschap Kunst en Wetenschap. v. 23 (no. 5) |
|
SYNONIEM: Mastacembelus argus - Mastacembelus catenatus |
|
NEDERLANDSE NAAM: Vuuraal, Vuur Stekelaal, Roodstreep-stekelaal |
|
MAXIMALE GROOTTE: Maximale lengte 100 cm; blijft in het aquarium veel kleiner. |
|
GESLACHTSONDERSCHEID: Het wijfje wordt gekenmerkt door een meer afgerond lichaam van het mannetje. |
- Groot aquarium - Veel schuilplaatsen voorzien |
HOUDBAARHEID: Zeer grote tank minimaal 200-250 L, met veel schuilplaatsen en robuuste planten. Het bodemmateriaal moet fijn zijn en mogelijk gemengd met turf. Samenhouden met grotere maar niet agressieve vissen. Verlichting moet zwak zijn (drijvende planten). |
|
|
Milieu |
Aquarium |
Kweek |
Zuurtegraad pH |
|
6,5 - 7 |
|
Totale hardheid °DH |
|
10 - 15 |
|
Temperatuur °C |
|
22 - 28 |
|
Geleidbaarheid µS |
|
|
|
|
|
VERSPREIDING: Zuidoost-Azië, Cambodia, Indonesië, Laos, Maleisië, Thailand, Vietnam. |
|
|
|
BIOTOOP: Stilstaande poelen, meren, langzaam stromende beekjes, rivieren enz. maar ook in rijstvelden en vijvers. |
|
GEDRAG: Heel vredig, behalve tegenover soortgenoten, ook 's nachts actief. Kan niet samengehouden worden met kleine vissen. |
Levend voer |
VOEDSEL: Geeft de voorkeur aan levend voer (Tubifex, insecten enz.) Maar accepteert ook bevroren voedsel. Kleine vissen worden als voer aanzien. |
|
KWEEK: Tot dusverre is de soort niet in gevangenschap nagekweekt, alhoewel er toevalskweekjes beschreven zijn. |
|
BIJZONDERHEDEN: Is in de landen van herkomst een comsumptievis. |