|
IDENTITEIT: orde: Cypriniformes; familie: Cyprinidae. |
|
EERSTBESCHRIJVING: in 1851, door P. Bleeker als Leuciscus kalochroma in "Nat. Tijdschr. Ned. Ind." 1:272 |
|
SYNONIEM: Leuciscus kalochroma |
|
NEDERLANDSE NAAM: prachtbarbeel |
|
MAXIMALE GROOTTE: 100 mm |
|
GESLACHTSONDERSCHEID: mannetjes zijn slanker en hebben een intens gekleurde anaalvin. |
Donkere bodem |
HOUDBAARHEID: goed houdbare zeer beweeglijke soort. Te houden in een goed beplant aquarium met een donkere bodem. |
|
|
Milieu |
Aquarium |
Kweek |
Zuurtegraad pH |
5,8 - 6,8 |
5,8 - 6,8 |
|
Totale hardheid °DH |
1 - 10 |
1 - 10 |
|
Temperatuur °C |
25 |
24 |
|
Geleidbaarheid µS |
18 |
20 |
|
|
|
VERSPREIDING: Zuidoost-Azie : West-Maleisië, Bomeo, Sumatra. |
|
|
Zwartwatersoort |
BIOTOOP: zwartwaterbeekjes in regenwouden in Azië in gezelschap van Rasbora cephalotaenia, R. einthovenii, R. agilis, Puntius rhomboocellatus, Kryptopterus macrocephalus, Nandus nebulosus, Pristolepis fasciatus, Betta anabantoides, B. edithae, Sphaerichthys osphromenoides, Belontia hasselti, Trichogasler trichopterus en enkele roofvissen. |
|
GEDRAG: levendige soort die gemakkelijk in een gezelschap kan gehouden worden. Streef echter naar natuurlijke gezellen. |
Alleseter |
VOEDSEL: alleseter. Levend voedsel, diepvries- en vlokkenvoedsel. |
|
KWEEK: tot op heden nog nooit gelukt. Vermoedelijk zal het lukken in water met nagenoeg geen biologische belasting (ammonium, nitriet, nitraat, loslaat en sulfaat lager dan 1 mg/l). Metingen uitgevoerd in Bomeo tonen bovendien voor de mineralen ook zeer lage gehaltes. |
Verwantschapsproblemen |
BIJZONDERHEDEN: in de revisie van Brittan (1954) werd Rasbora ingedeeld in 8 verwantschapsgroepen. Brittan kon R. kalochroma en nog 2 andere soorten daar niet in kwijt. De verwantschap met andere soorten is m.a.w. niet zo duidelijk. |